We rijden via de Emakosini-vallei naar de Drakensbergen dag 11: zondag 22 september
We vertrekken om half acht uit Saint Lucia, richting Durban. Dat lijkt wat vreemd, omdat onze eindbestemming westwaarts ligt en we nu naar het zuiden reizen. Dat heeft vanzelfsprekend alles te maken met betere wegverbindingen.
[ezcol_2third]Hercules vertelt eerst over de Slag bij Bloedrivier, omdat we nu door het gebied rijden waar deze plaatsvond. Een slag die eigenlijk niet nodig was, maar te danken was aan een foutieve vertaling van een dominee die niet goed weergaf wat de bedoeling van Zulukoning Dinga. Een groep Voortrekkers- boeren die nieuw land zochten, omdat ze door de Engelse bezetter waren verdreven- had de koning verzocht een flink stuk land te mogen gebruiken. Volgens oud Zulurecht was dat geen bezwaar: ‘gebruiken’. Maar de dominee vertaalde dit naar ”in eigendom krijgen”. Zulukrijgers doodden de Boerenleider Piet Retief, een aantal andere voormannen en tientallen vrouwen en kinderen. Daarop namen de Voortrekkers wraak: zij stelden hun huifkarren op in een vierkant, openden de aanval en doodden 3.000 Zulu’s, waar door het water van de rivier Ncome rood kleurde. Vanaf dat moment heet dit water de Bloedrivier.
Daarna heeft Hercules nog een verhaal over de Boerenoorlog, waarvan de tweede van 1899-1902 de belangrijkste is geweest. Die staat bekend als de eerste guerilla-oorlog ooit, omdat de boeren totaal geen gevechtstraining hadden en de Engelsen steeds bij verrassing wisten aan te vallen. Die besloten daarop de techniek van ‘de verschroeide aarde’ toe te passen. Dat betekent dat duizenden mannen krijgsgevangen werden genomen. Ik heb een lijst van alleen al 232 Van Zylen die dit lot ondergingen. Velen kwamen in de kampen om. De achtergebleven vrouwen werden verkracht en hun huizen geplunderd.[/ezcol_2third] [ezcol_1third_end]Na drie jaar strijd besloten de boeren de strijd op te geven: zij waren vooral mentaal gebroken. Door te stoppen, konden zij zich in ieder geval weer inzetten voor de bescherming van de nog overgebleven familie.[/ezcol_1third_end]
We rijden nu richting Durban, langs de kust en dat is een duidelijk groener en heel glooiend landschap. Even over half elf stoppen we bij Steers, net na het begin van een nieuw stuk tolweg voor de koffie. We krijgen exact een half uur, maar Hercules zelf komt drie minuten te laat. Aha: dat kan hij dus ook ;-))
Tegen kwart voor elf rijden we de buitenwijken van Durban in, maar we blijven wel bovenlangs gaan, op weg naar de hoofdstad van deze provincie: Pietermaritzburg. Eerst echter gaan we naar de waterval bij Howick. Geen heel brede, maar wel een hoge: het water van de Umgenirivier stort hier 95 meter omlaag, vergelijkbaar dus met een stortvloed vanaf de Utrechtse Dom.
Een aardig dorpje, dat naast de watervallen -er zijn nog twee kleinere- vooral bekend is door zijn kunstenaars en handwerkers die nu vooral in de toeristenindustrie hun brood verdienen.
Weer volop foto’s maken en dan langs de kraampjes lopen, want waar mensen bijeen komen, zijn er ook handelaren. We hebben bijna anderhalf uur van Hercules gekregen, maar moeten natuurlijk wel eten. Bij de kraampjes zijn we snel klaar, dus gaan we met Ger en Elly naar de fastfood. We moeten de zeer lacherige eigenaresse nog wel even tot spoed manen, want het tempo is wederom Afrikaans. Het gaat echter lukken en we voegen ons weer bij de groep.
[ezcol_2third]Het volgende stukje is kort: we gaan even naar het Capture monument, waar Nelson Mandela is gevangen genomen. Een heel indrukwekkende sculptuur, die op een bijzondere manier is vormgegeven. Het zijn zwart stalen staven die van een korte afstand niets “voorstellen”, maar van een afstand en zeker op een gemarkeerd punt de beeltenis van Mandela en profiel in zwart-wit weergeven. Er is ook een kleine expositie bij van fotowanden, die het leven van Mandela, zijn strijd tegen de apartheid, zijn gevangenneming, de tijd op Robbeneiland, zijn vrijlating en zijn presidentschap weergeven. Het lukt heel aardig hier foto’s van te maken. Vooral zijn ‘borstbeeld’ met Zuid-Afrikaanse bergen op de achtergrond is wat mij betreft bijzonder geslaagd.[/ezcol_2third] [ezcol_1third_end][/ezcol_1third_end]
We gaan met gezwinde spoed door naar onze eindbestemming richting Eastern Highlands. Door de Emakosini-vallei rijden we naar de Drakensbergen.
In de tussentijd legt Jeanine uit hoe het met de komende zes excursies gaat. Dat moeten we vroegtijdig weten, want in Lesotho is er geen kans om te boeken en er moet worden voorkomen dat er geen plaats meer is om mee te gaan. Al met al heel veel info en al snel slaat de verwarring toe, maar gelukkig heeft Jeanine alles op een A4-vel gezet dat in de bus hangt. Dat vergt dus toch nog een hele studie, maar we komen er uit.
Vlak voor Bergville verlaten we de N2, want in deze plaats staat ons overnachtingsadres voor de komende twee nachten: de Klein Waterval Farm. Een leuk onderkomen, hoewel je even goed moet opletten in welk van de gebouwen je kamer zich bevindt. Daar heb je een mooi uitzicht over het dal, met op de achtergrond de bergen. Het gebouw telt twee verdiepingen en vooral van de bovenste kun je heel ver weg kijken. Wij zitten beneden, maar zijn zeker niet ontevreden: er staat bijvoorbeeld een ‘Sinterklaasfauteuil’, waarin ik me al snel thuis voel.
Het diner is hier weer prima en ‘s avonds gaan we nog even naar de gezellige bar, voor we weer op een oor gaan. Enne.. mocht het licht vannacht uitvallen: geen probleem. Er staat zo’n ouderwetse kandelaar, keurig netjes met lucifers, dus dat zit wel goed.